Ratzinger: theologische steunpilaar van Johannes Paulus II

‘Pantserkardinaal’ Joseph Ratzinger (78), al sinds 1981 de onbuigzame prefect van de Vaticaanse congregatie voor de geloofsleer, was de voornaamste theologische steunpilaar van paus Johannes Paulus II. In die functie waakte hij streng over de zuiverheid van de kerkleer en legde hij diverse vernieuwingsgezinde theologen het zwijgen op.

In de jaren zestig zag het er nog niet naar uit dat de Duitser zich tot ideologische scherpslijper zou ontwikkelen. Gegrepen door het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) stond de briljante theoloog te boek als een progressief denker.

Met vernieuwingsgezinde collega’s als Edward Schillebeeckx en Karl Rahner behoorde hij tot de initiatiefnemers van het baanbrekende theologische tijdschrift Concilium. Hij sloeg om na de studentenrevolte van 1968, waarin hij de voorbode zag van een nieuw Europees heidendom.

Ervaring

Ratzinger heeft maar enkele jaren pastorale ervaring als bisschop. Van 1977 tot 1982 was hij aartsbisschop van München en Freising. Daarvoor had hij aan enkele Duitse universiteiten dogmatische theologie gedoceerd. Onder zijn bewind bij de congregatie voor de geloofsleer kwam in de kerkelijke standpunten over controversiële kwesties als vrouwelijke priesters, geboortebeperking, intercommunie en de vermenging van godsdienst en cultuur geen enkele beweging.

Ratzinger was een van de twee deelnemers aan het conclaaf die nog door paus Paulus VI tot kardinaal zijn benoemd (in 1977). Zijn prominente positie leverde hem in 2002 de functie van deken van het college van kardinalen op. In die hoedanigheid speelde hij een belangrijke rol na het overlijden van Johannes Paulus II. Hij maakte indruk als voorganger in de uitvaartmis.

Ratzinger is de eerste Duitser sinds Victor II (1055-1057) die paus wordt.